Jeremia 25:17
Gods Oordeel over Juda en de Naties
Jeremia 25:17
En ik nam den beker van des HEEREN hand, en ik gaf te drinken al den volken, tot welke de HEERE mij gezonden had;
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
Jeremia 25:16
Dat zij drinken, en beven, en dol worden, vanwege het zwaard, dat Ik onder hen zal zenden.
Volgend Vers
Jeremia 25:18
Namelijk Jeruzalem en de steden van Juda, en haar koningen, en haar vorsten; om die te stellen tot een woestheid, tot een ontzetting, tot een aanfluiting en tot een vloek, gelijk het is te dezen dage;